De 3e “beeldige” wandeling door de Jardines de Picasso, Málaga
21 Januari 2018Niet alleen de beelden zijn interessant in dit vrij onbekende park, ook de bomen zijn door Moeder natuur of door de hemelse Vader bijzonder fraai ontworpen en zeker de moeite waard om bekeken, gefotografeerd en beschreven te worden. De Jardines de Picasso werden geopend in 1981, het 100e geboortejaar van Picasso. Oorspronkelijk behoorde het terrein tot de familie Larios en stond hier een textielfabriek.
En zo gingen we weer op pad, nu niet rechtsaf vanuit het Renfe station, maar linksaf via de uitgang Corte Inglés. We liepen langs hoge, saaie appartementsgebouwen tot we rechts de eerste bomen zagen. En ja, daar begon het Picasso park tussen enkele drukke verkeerswegen door. We brachten weer het minuscule mapje van het CAC mee en keken uit naar sculptuur nummer 12, genaamd “Entre”. Thuis had ik info op internet opgezocht. Het is een beeld van Joaquín Ivar en werd beschreven als “Ruimte om in te verdwijnen”. De ruimte in het park was kennelijk zo enorm dat het hele kunstwerk verdwenen was. We hebben een tuinman en een gemeenteambtenaar die daar rondliepen ernaar gevraagd, maar….”nada”.
Wel stond er een metalen structuur, volgens Jeani een cactus, volgens mij een soort boom van metalen rechthoekige takken versierd met een kantwerk van grijsgroene blaadjes.
Het paste prachtig tussen de echte bomen van het park. Thuis las ik op internet dat het beeld de “Arbol de la Amistad” genoemd werd, in 1978 geschonken door Alabama, Málaga´s tweelingstad.
Vlak achter deze kunstboom was een speeltuintje waar geen kind aan het spelen was. We waren er tenslotte onder schooltijd. Juist daardoor konden we de aparte compositie in de vorm van een soort draak bewonderen. Een speeltuin als kunstvorm, wie had dat gedacht.
Later, bij de volgende beelden zagen we tóch kinderen, die folders opplakten die er door andere kinderen weer werden afgehaald. Er bleek een openluchtles te zijn over Medio Ambiente, bedoeld om de leerlingen meer respect voor hun leefomgeving bij te brengen.
De voorlichtingsambtenaar van de gemeente verbood ons helaas een foto hiervan te maken: officieel mag je in Spanje geen kinderen fotograferen zonder ouderlijke toestemming. Tussen de bijzonder hoge bomen (een ficussoort) met een enorm gecompliceerd bovengronds wortelstelsel zagen we kinderen heel geïnteresseerd de boom inspecteren. Moeilijk te beschrijven, zie foto….
Deze machtige bomen vormen ook de achtergrond voor “Opus 129”, het bronzen beeld van Berrocal uit 1977, die hier ook een prijs mee heeft gewonnen. Het stelt een man en een vrouw voor in elkaars armen, omstrengeld door slagaderen van een hart.
Deze progressieve compositie is in Verona gemaakt. Berrocal heeft al heel wat prijzen gewonnen met zijn figuratieve en abstracte werken.
Toen zagen we een beeld dat in tegenstelling tot het vorige heel ongecompliceerd was. Het was het 1e beeld dat de kunstenaar Ramon Calderon in 1978 aan Picasso had opgedragen. Ik zag er een duif in, Jeani niet, maar dat is het leuke van moderne kunst. Je kunt er van alles in zien of niets natuurlijk.
Na enig vragen bleek het volgende kunstwerk “Eliptica”, ontworpen door Antonio Yesa 2007, aan de andere kant van de weg te liggen of liever te staan.
Het is een hoge stalen constructie, het best vanaf de brug (Puente de las Americas) te bekijken en te fotograferen. Een intrigrerend staketsel even hoog als de omringende bomen en heel goed passend bij de hoge flatgebouwen.
Toen we terugliepen ontdekten we nog een paar kunstwerken die niet gedocumenteerd waren. Tussen de agaven zagen we onverwacht een anonieme stenen man met hond bovenop metershoge rotsen. We moesten toch even terugdenken aan een beeld uit onze vorige wandeling door het centrum van Málaga. Daar werd een bronzen man uit de mythologie (Acteón) verscheurd door zijn eigen honden. Deze hond hier ziet er wat vriendelijker uit. Het agaveblad maakte ons nieuwsgierig naar wat hierachter gebeurde.
Daarna liepen we langs een stenen beeld van een zeer serieus hoofd op een vierkante pilaar, daar geplaatst ter ere van het 100-jarig bestaan van de Arbeidersvakbond. Het prijkte in een rond plantenperk met als achtergrond volgens onze tuinexpert de enige originele palm van Spaanse origine. Het was een zeer decoratief geheel.
Ook was er nog een soort (kinder)sarcofaag met inscriptie “Freunde von Passau” gedoneerd door de stad Passau.
Bij het begin van het park staken we na een drankje de straat over. Achter het winkelcentrum Eroski, op de Plaza de la Solidaridad, bevindt zich namelijk het laatste beeld. “A los Donantes” uit 2001 van Elena Laverón. Het beeld is geschonken door de Club de Leones aan de Transplantatiecoördinatie, als dank aan de donors van bloed, huid en organen. Tekst: “Se pierde lo que no se da”. (Wat je niet geeft gaat verloren).
Kortom, dit vrij onbekende park en omgeving was het bezoek beslist wel waard, mede door de onthaaste sfeer die er heerste. Zelfs de speelse maar toch serieus bezige kinderen droegen hieraan bij.
Toegift:
Op de terugweg stuitten we midden tussen hoge bedrijfsgebouwen (achter station Maria Zambrano) op een kunstwerk van metaal dat ik bij gebrek aan informatie “krinkel-kronkel” doopte als een symbool voor onze 3e zoektocht.