De Gibralfaro en een originele kapper
6 Januari 2020Voor een dagje Málaga kan men zich waarschijnlijk het beste per openbaar vervoer naar het centrum van de stad begeven. De aanleg van de metrolijn die het historische centrum van de stad moet verbinden met de buitenwijken zal niet voor het einde van dit jaar gereed zijn.
Ook de daaruit voortvloeiende verfraaiing van de Alameda draagt bij tot constante verkeersopstoppingen die de inwoners evenwel op voorbeeldige wijze gelaten ondergaan. Mocht u toch met de auto naar het centrum willen rijden dan is de ondergrondse parkeergarage in de Plaza de la Marina gelegen tussen de haven en de Calle Larios de beste keuze.
Tijdens de aanleg hiervan in 1987 werden o.a. archeologische resten aangetroffen van een havenmuur uit de 18e eeuw en middeleeuwse stadsmuren daterend uit de 14e en 15e eeuw. Ze zijn uitstekend geïntegreerd in deze parkeerplaats en te zien onder een doorzichtige vloer vlak bij de uitgang die aan het begin van de Calle Larios ligt. De voornaamste bezienswaardigheden zijn van hier uit makkelijk beloopbaar en het netwerk van straatjes rondom de kathedraal herbergen een grote verscheidenheid aan winkels en natuurlijk horecazaken.
Er zijn zelfs echte boekwinkels te vinden, iets wat je buiten deze stad maar zelden tegenkomt aan de Costa del Sol. Men is al ettelijke jaren bezig met het restaureren van oude gebouwen in de binnenstad. Huizen van enkele honderden jaren oud worden in de steigers gezet waarna men de pui zorgvuldig restaureert. Het daarachter gelegen gedeelte wordt bijna geheel afgebroken om het daarna zodanig te herbouwen dat het aan de eisen van deze tijd kan voldoen. Voor een middagje Málaga breng ik graag de volgende zaken onder uw aandacht.
El Catedral
De kathedraal is zoals dat kathedralen eigen is, het meest in het oog lopende bouwwerk in de binnenstad. Onder de bewoners wordt deze tempel aangeduid met de naam “La Manquita” (De Manke) want een van de twee torens is nooit afgebouwd. Reeds in 1525 begon men met de bouw van deze kerk en 250 jaar later bereikte het zijn huidige vorm. De stijl heeft daardoor zowel gotische als barokke kenmerken maar er is vrij veel achterstallig onderhoud. Men doet zijn best maar er zit niet veel schot in de broodnodige restauratie. Waarschijnlijk heeft Rome momenteel teveel andere zaken aan het hoofd.
El Teatro Romano
Vanaf de kerk is het slechts een paar minuten lopen naar het Romeinse Theater, gelegen aan de noordzijde van de Gibralfaro (Vuurtorenberg) en daterend uit de eerste eeuw van onze jaartelling. In de derde eeuw raakte het in verval en pas in 1959 werd het opnieuw ontdekt. Grote delen lagen verborgen onder verschillende gebouwen en pas begin jaren zestig besloot men het hele gebied bloot te leggen en werd een serieus begin gemaakt met, voor zover mogelijk, de reconstructie van dit theater. Met behulp van een computerprogramma werden her en der verspreide steenbrokken op de juiste plaats gezet en in 2011 was de restauratie voltooid.
La Alcazaba
De Alcazaba is duidelijk te zien even boven het Teatro Romano aangezien beide bouwwerken gelegen zijn aan de noordzijde van de 130 meter hoge Gibralfaro. Dit kasteel is verbonden met het iets hoger gelegen Castillo de Gibralfaro. De Arabieren gebruikten brokstukken van het Romeinse theater bij de bouw van de Alcazaba die plaats vond tussen de jaren 1057 en 1063.
El Castillo de Gibrafaro
Het Castillo de Gibralfaro, gelegen op het hoogste punt van de Gibralfaro, dateert uit de 14e eeuw. Hier hadden de Feniciërs reeds een factorij en ook de Romeinen gebruikten deze strategische plaats van waaruit men een compleet overzicht heeft over de baai waaraan Málaga is gelegen.
Koning Yusuf 1 (1318-1354) van het toenmalige koninkrijk Granada veranderde deze plek tot een schier onneembare vesting die lange tijd gold als het best bewaakte kasteel van het Iberisch schiereiland.
De Gibralfaro berg is zowel van de noord- als de zuidkant te bewandelen. Vanaf de noordzijde kan men zelfs met een bus de top bereiken. De brede lommerrijke wandelpaden aan beide zijden zijn af en toe behoorlijk steil maar het uitzicht is op iedere hoogte de moeite waard. Eenmaal boven gekomen kan men voor een klein bedrag het kasteel, of liever gezegd wat daar van over is, van naderbij bekijken en over de vestingmuren lopen.
Men heeft dan aan alle kanten een geweldig uitzicht, zowel op het achterliggende berglandschap als op de haven en ook kijk je midden in de nabijgelegen Plaza de Toros. Er is een horecagelegenheid en een klein museum waar uitvoerig ingegaan wordt op de geschiedenis van Málaga, o.a. het kortstondige verblijf van de troepen van Napoleon tussen 1810 en 1814. Vlak bij de entree naar het kasteel is een pleintje vanwaar men de naastgelegen Parador kan bereiken en voor inmiddels vermoeide toeristen is er zelfs een bus die je weer helemaal naar beneden brengt.
Corte 17
Onder deze naam is de meest originele kapperswinkel van Málaga bekend. De eigenaar Manolo Lucena verzamelt vanaf zijn jeugd antiek en allerlei oude spullen wat duidelijk te zien is in de zaak genoemd Corte 17 die hij in 1991 opende in de Calle Álamos in het centrum van Málaga, vlak bij het Teatro Cervantes. Allereerst valt de etalage op vanwege een enorme contrabas waarnaast de torso van een etalagepop.
Eenmaal binnen kom je letterlijk ogen te kort om alles te zien en ofschoon de kappersstoel en de daarvoor geplaatste spiegel een prominente plaats innemen vraag je je eerst af of je nu in een antiekzaak, of een kapsalon terecht bent gekomen. De aimabele Manolo is behalve een vakkundige kapper, voor zowel dames als heren, een onderhoudend causeur als hij over zijn hobby praat.
Toen hij, na de kappersschool gevolgd te hebben, aan zijn vrienden vertelde dat hij zijn eigen zaak wilde openen verklaarden ze hem voor gek toen ze hoorden dat hij deze wilde decoreren met allerlei spullen uit zijn verzameling.
Zijn vrouw vond het gelukkig een goed idee en zo ontstond uiteindelijk Corte 17 waar men letterlijk ogen te kort komt om alles te kunnen zien. Achterin links aan de muur hangen twee oude bromfietsen waarvan een Orbea uit de jaren vijftig, de Spaanse versie van de ons welbekende Solex. Zelf gebruikt Manolo een Lambretta scooter om zich door de stad te verplaatsen.
Een gedeelte van de vloer bestaat uit originele hydraulische tegels met geometrische patronen en bloemmotieven. Manolo vertelde dat ze uit een van de oude huizen in het centrum van Málaga kwamen. Aan de muur hangt een glazenkast volgestouwd met allerhande kappersspullen waaronder scheerkwasten in allerlei kleuren en maten en ook ouderwetse handtondeuses.
Een leuke bijkomstigheid was de binnenkomst van een politieagent die een foto liet zien van een set antieke scheermessen. “Zeven stuks totaal dus een voor iedere dag en die waren van mijn betovergrootvader” zei hij met nauw verholen trots.
Tenslotte nog iets over de haven waar vorig jaar een half miljoen toeristen aankwamen via diverse cruiseschepen. De grootste van deze drijvende luxe hotels kunnen meer dan zesduizend mensen herbergen en zijn dus een profijtelijke bron van inkomsten voor de toeristenindustrie. De nabijheid van Gibraltar, en een luchthaven dragen bij aan de populaire bestemming van Málaga voor veel cruiseschepen.
De toenemende belangstelling voor de stad vergt nieuwe investeringen en voor een bedrag van ongeveer 11 miljoen euro is een ambitieus project gestart om Málaga van een moderne haven te voorzien. Men gaat ook 31 nieuwe ligplaatsen creëren voor kleinere luxe jachten en om een en ander in goede banen te leiden zijn ingrijpende veranderingen nodig. Er komen uiteindelijk 16 aanlegplaatsen voor schepen met een lengte tussen de 30 en 100 meter en 15 aanlegplaatsen met een lengte tussen de 30 en 50 meter.
Ook zijn de plannen voor de bouw van een 150 meter hoog hotel in een vergevorderd stadium zodat dit gedeelte van de stad aangrijpend veranderd zal worden.