Op de fiets naar Spanje in 1949
29 Maart 2021Wat nu volgt is een samenvatting van een reisimpressie geschreven door een Nederlandse vrouw die gedurende een maand grote delen van Spanje verkende op een beproefde Nederlandse manier, i.e. per fiets. Het verhaal stond destijds in de Libelle en ik vertaalde het ooit in het Engels. De originele tekst is verloren gegaan en dit is dus een soort hervertaling. De naam van de schrijfster is mij helaas ontgaan.
“Koeien en polders werden steeds meer achtergelaten en de troosteloze lucht maakte mijn verlangen naar de zon, die ongetwijfeld op mij wachtte in Spanje, sterker.
Dit verlangen bleek echter te optimistisch aangezien ik het gevoel had op een gril geroosterd te worden bij een temperatuur van 40 graden Celsius. Een verblijf van vier weken in dit indrukwekkende land was voldoende om de regen en wind van een Nederlands klimaat weer te waarderen.
Spanje is een land van scherpe tegenstellingen waar men niet in uren telt maar in dagen; het begrip geduld is voor een Spanjaard net zo normaal als een dagelijkse maaltijd. Men hoort zelfs nooit een woord van protest in de eindeloze rijen van wachtenden op het treinstation in Barcelona waar je een paar dagen moet wachten voor een treinkaartje aangezien de loketten slechts een paar uur per dag open zijn.
De afstanden tussen de grote steden zijn onmetelijk en twee dagen en nachten zijn nodig om van het noorden naar het zuiden te reizen.
Het landschap is overwegend mooi en charmant. De vruchtbare aarde brengt heerlijke vruchten voort; sinaasappelboomgaarden en rijstplantages vermengen zich met druiven, citroenen, amandelen, vijgen, dadels, olijven, mais etc. Daartussen staan boerderijen omringd door hoge palmbomen die geen bescherming bieden tegen het felle zonlicht. De boerderijen zijn in een typisch Spaanse stijl gebouwd en hun witgekalkte muren staan in schril contrast met de eeuwige blauwe lucht.
Er zijn ook onherbergzame streken waar de uitgedroogde aarde onder de brandende zon geen fruit produceert maar een ongelooflijke rijkdom aan mineralen bevat die nu beschouwd worden als een enorm inkomen voor de staatskas.
De hoofdwegen in het zuiden, allemaal bedekt met een tapijt van stof, zijn voornamelijk moeilijk begaanbaar.
De kleinere wegen zijn volstrekt ongeschikt voor het moderne verkeer en hier vindt u als enig transportmiddel de kleine door ezels getrokken huifkar van de zigeuners die een slapende familie met een snelheid van 2km per uur over de weg vervoert. Er is geen enkele reden tot haast, deze mensen hebben hun hele leven de tijd om door dit land te reizen. Het land is groot, de zon is heet en dus reist de zigeunerfamilie verder, keukengerei bungelend aan weerszijden van hun huifkar.
De plattelandsbevolking, vooral in het zuiden, weet weinig van moderne concepten. De vrouwenemancipatie is hier nog niet doorgedrongen en op mijn fiets werd ik beschouwd als het achtste wereldwonder. De kinderen die achter dit wonder aan renden gooiden met verse paardenmest waardoor mijn reizen af en toe zeer ongemakkelijk werden.
Buiten de grote steden trekken auto's en vliegtuigen nog steeds veel bekijks. Als een van de mensen op het platteland kan lezen en/of schrijven wordt hij als een geleerd mens gezien. In Barcelona, en elders ziet men kleine houten hokjes waarin een man is gezeten met een schrijfmachine. Hij verzorgt de correspondentie van mensen die niet in staat zijn om dit zelf te doen.
De Plazas de Toros trekken nog steeds enorme menigtes van bewonderaars en het doden van stieren is zeker geen aflopende zaak. Ook de kunst van Spaanse zang en dans heeft nog steeds een dankbare aanhang en ofschoon de kostuums met de tijd zijn veranderd heeft het totale concept niets van zijn charme verloren.
Niet alleen in de natuur en het klimaat vertoont dit romantische land grote tegenstellingen maar ook in de steden onder de bevolking vindt men extreme contrasten.
Het oude gedeelte in de stad Barcelona is een heksenketel van ellende. De hele nacht ziet men een intens verkeer langs de hoofdwegen en honderden zwervers vinden een bank als hun bed en de lucht als hun dak. Ook in de aangrenzende wijken vergeet men dat het nacht wordt. Om drie en vier uur `s morgens krijg je manden met brood, fruit, ijskoude limonade, Amerikaanse sigaretten en vele andere zaken.
Naast een mand met vuile gedroogde pruimen is een achtjarig meisje in slaap gevallen. Dit had geen schadelijke gevolgen voor haar bedrijf aangezien niemand er aan dacht om deze pruimen te kopen.
In kleine straatjes, soms niet breder dan 2 meter werpen smeedijzeren lantaarns hun mysterieus licht op de huizen. Vaak vind je, kijkend door een openstaande deur, tot wel 6 kinderen in een bed in een kamer die tegelijkertijd als keuken, zitkamer, badkamer en slaapkamer dienst doet.
Een ziekelijke geur van olijfolie jaagt je weg uit deze smalle straatjes waarin de zon zelden is te zien. Af en toe is de jammerende stem van een armoedig geklede vrouw te horen die een kind de borst geeft terwijl ze tracht enige kranten te verkopen. Als ze geen kranten heeft gaat ze bedelen zoals honderden anderen en verzamelt sigarettenpeukjes en ander afval van de straten.
Soms wordt het geluid vermengd met handgeklap waarna het tikken van een wandelstok op de grond naderbij komt. Dit is de nachtwaker die laat zien dat hij je gehoord heeft en op het punt staat om de deur van je flatgebouw te openen met een sleutel die hij bij zich draagt.
Op vele straathoeken ziet men dove en blinde mensen die loterijbriefjes trachten te verkopen.
Er is veel rouw in Spanje , heel veel rouw durf ik wel te zeggen. Zowel van de politieke linker- als rechterkant werden tijdens de burgeroorlog vele mensen opgeofferd.
Spanje is nog niet in staat om haar gasten veel comfort te bieden maar de gastvrijheid van de bevolking kent geen grenzen.
Als treinreizigers met hun bagage, meestal bestaande uit levende kippen en kalkoenen, tevoorschijn komen met een hete maaltijd in een klein pannetje zou je ze beledigen als je niet minstens de helft van het aangeboden voedsel accepteert. Na de beëindiging van deze vriendschappelijke lunch zit men voor de rest van de reis tussen de onzorgvuldig weggegooide etensresten en andere stukjes voedsel. Spugen is overal toegestaan; in treinen, trams en zelfs thuis.
De steden in het zuiden, zoals Granada, Malaga, Sevilla en Cordoba, hebben nog steeds het imago van het folkloristische Spanje en verarmde situaties die in Barcelona heersen kun je hier praktisch niet vinden.
Wat erg jammer is dat de prachtige kostuums van de vrouwen en ook de kammen in hun haar meer steeds meer veranderen om plaats te maken voor de moderne en minder gecompliceerde mode.
Gelukkig is het niet makkelijk om de Spaanse architectuur te veranderen dus vind je overal, vooral in Sevilla, nog steeds oude romantische straatjes en steegjes waar elk raam van de beroemde smeedijzeren hekken is voorzien. Vanuit deze ramen door het smeedijzeren hek groeien weelderige subtropische planten en de ezels met hun draagmanden stappen langzaam door dit sprookjesdoolhof.
De tuinen van de Alcazar in Sevilla mogen gezien worden als een van de mooiste van Spanje en met een temperatuur van 50 graden bieden de fonteinen een welkome verkoeling.
Al met al is een bezoek aan dit exotische land met zijn gastvrije inwoners sterk aan te bevelen voor een ieder die een minder gehaaste levensstijl dan die we in Noord Europa gewend zijn, zoekt.”
Hier eindigt het relaas waarin niet duidelijk wordt waar en wanneer van de fiets gebruik gemaakt wordt. Het geeft echter een duidelijk beeld van Spanje uit een nog niet zo ver verleden.