Paco de Lucía: Herdenking van een onsterfelijk artiest

29 Maart 2019

paco-de-lucia-1

Het is alweer vijf jaar geleden: de plotse dood van een nog relatief jonge Paco de Lucía. Hij was de grootste flamencogitarist aller tijden en versmolt zijn zuiderse klanken met andere muziekstijlen. Zo zette hij flamenco op de wereldkaart en bracht een tot dan ongekende en bijna verboden revolutie.
­
In februari 2014 kreeg de wereldberoemde gitarist uit Cádiz, toen 66, een hartaanval terwijl hij voetbal speelde met zijn jongste zoon van zeven op het strand van Cancún in Mexico. Daarmee kwam een abrupt einde aan zijn succesvolle muziekcarrière - vol mijlpalen, prijzen zoals een Grammy voor zijn album ‘Cositas Buenas’ (2004), en samenwerkingen met internationale artiesten als Bryan Adams.

Paco de Lucía was een sleutelfiguur in de flamencomuziek. Hij was het die de flamencogitaar een podium gaf. Voordien waren gitaristen bijna onzichtbare figuranten in het flamencospektakel van zangers en dansers.

De jonge Paco, die in zijn jeugd uren oefende op zijn kamer, ontdekte zelf nieuwe gitaartechnieken. Zo plaatste hij het instrument op zijn rechterbeen en niet op zijn linker zoals bij de klassieke gitaar en zoals zijn voorgangers deden. Met de gitaar horizontaal en verder van zijn lichaam verwijderd, raakten voordien ongeziene melodieën en akkoorden binnen handbereik.


Zo gaf ‘de Lucía’ flamenco internationale faam

Francisco Sánchez Gómez was zijn echte naam, maar Francisco wordt in Spanje al snel afgekort tot ‘Paco’ - en omdat hij niet de enige was met die naam in de buurt, noemde men hem ‘Paco de Lucía’, naar zijn moeder Lucía. Hij maakte er later zijn artiestennaam van, als ode aan haar.

De echte revolutie kwam met José Monge Cruz (1950-1992), bijgenaamd Camarón. Samen haalden deze artiesten de onder Franco gepromote ‘folkloremuziek’ van onder het stof en naar prominente podia. Met hun album ‘Entre dos aguas’ braken de twee, van armoedige afkomst en zonder veel opleiding, internationaal door. Ze voegden andere muziekstijlen toe en produceerden tussen 1969 en 1979 ontzettend vernieuwende albums waarbij ze zang, jazz, bossa nova en salsa introduceerden.

Paco voegde ook klassieke muziek toe aan zijn repertoire en reisde de wereld rond om zijn gitaarkunsten te laten horen. Zo gaf hij flamencomuziek internationale faam, terwijl hij die instinctief verbeterde. Hij was het bijvoorbeeld die, tijdens een tour in Peru, de cajón peruano als percussie voor flamenco ontdekte. “Gitanos hebben niet veel centen, en de houten kist was eenvoudig, praktisch en niet zo vermoeiend als langdurig handgeklap. Perfect!”


Flamenco-Mozart en wonderkind

Begin jaren ’50 was het stadje Algeciras nabij Cádiz hét centrum van de flamenco. De smokkelhandel met Gibraltar bracht immers veel geld én feest. Opa Antonio probeerde ’s nachts als flamencomuzikant aan de kost te komen. Bij het ochtendgloren nam hij zijn collega-gitaristen en zangers mee naar huis, waar het feest eindigde op de patio. Zo was de kindertijd van Paco, de jongste van vijf, doordrenkt met flamencomuziek.

Omwille van zijn opmerkelijke talent haalde zijn vader hem al jong van school af, zodat hij elke dag zo’n 10 tot 12 uur kon oefenen. De jongen werd getraind als een soort Michael Jackson van de flamencogitaar. Op 11-jarige leeftijd gaf hij zijn eerste optreden voor Radio Algeciras.

Een ‘Titanic’ romance

Paco de Lucía reisde de wereld rond met zijn gitaar. De vrijgevochten flamencoartiest trouwde uiteindelijk in 1977 in Amsterdam met de Spaanse Casilda Varela, dochter van een franquistische generaal die tijdens de burgeroorlog Madrid innam. Zij verbrak alle banden met haar aristocratische familie a la ‘Romeo en Julia’, omdat die haar grote liefde te min vond. Een voorbeeldige huisvader en echtgenoot werd de flamenco-ster echter niet. Het liep twintig jaar later uit op een scheiding. Hij huwde opnieuw met de tweeëntwintig jaar jongere Mexicaanse Gabriela.

Tijdens zijn laatste jaren verdeelde Paco zijn tijd over Mallorca, Toledo en Tulum in Mexico. Zijn kinderen uit zijn twee huwelijken leefden verspreid over deze plaatsen.

Voor velen zal de gitaarlegende nooit sterven. Zijn muziek is eeuwig, zijn rol als flamenco-ambassadeur onuitwisbaar. Paco stopte hart en ziel in zijn gitaar, en zo zal hij blijven voortleven.

Emmie Declerck