Serranía de Ronda en ‘Pueblos Blancos’
Cartajima - Parauta wandeling
4 Augustus 2018Niets leuker dan weer een andere ‘pueblo blanco’ te ontdekken, met zijn kunst, geschiedenis en unieke ligging. Ditmaal maken we een wandeling tussen twee dorpjes: Cartajima en Parauta, in het Serranía de Ronda, Valle de Genal beschermd natuurgebied, ten zuidoosten van Ronda. In de winter sneeuwt het wel eens, dus het weerbericht nakijken is best nuttig, zeker als je van de zonnige kust komt!
De hoogste piek is de Torrecillaberg (1909 m), een leuke wandeling van een 5-tal uren. Dit is afslag Quejigales, vóór het tankstation rechts op de A-397 naar Ronda. Wij gaan door en nemen de volgende links, de MA-7306 richting Cartajima, op 846 meter hoogte gelegen. We volgen dit leuke kronkelende weggetje tot we aan het begin van het dorpje komen en we laten de wagen achter bij Hotel de los Castaños. De ligging tussen het massief van de Oreganal en de kastanjelaars is adembenemend.
Witte dorpjes en verhaaltjes...
Cartajima binnen wandelend, vallen meteen de moderne sportfaciliteiten op die getuigen dat er nog leven moet zijn in dit verder doodstille dorpje. Het is namelijk niet het enige dorpje dat onlangs kampte met het uitsterven van de bevolking en dus het sluiten van de lokale school waar in 2016 nog slechts 4 kinderen waren.
Ook hier werd een oproep gedaan aan jonge gezinnen om zich te settelen en daar tegenover zou een tijdelijke job klaarstaan en een woning. De positie werd ingevuld door een Russisch gezin….en dit eeuwen nadat de moslims hier waren, de Feniciërs en de Romeinen.
Ook de recentere geschiedenis van dit dorpje is anders. In de 19de eeuw vaarden de inwoners er wel bij dankzij de productie van kanonballen, het was hein en ver bekend als ‘Little Cádiz’. Tegenwoordig staat het bekend om de kastanjes die worden geoogst in oktober. Vergeet niet een kijkje te nemen in het 16e eeuwse eenvoudige kerkje ‘Nuestra Señora de Rosario’ dat door zijn hoge ligging het dorpje domineert.
Parauta, op 799 m, heeft een gelijkwaardig verhaal; aan het dorpsplein getuigt een oude Arabische boog van de ingang naar het dorp tijdens de moslim overheersing. Het kerkje ´la Purísima Concepción’ is ook 16e eeuws en heeft wat curieuze aspecten, zoals de toren in mudéjar stijl en het 18e eeuwse Mariabeeldje van de Sevillaanse school.
De legende vertelt dat de Maria van Parauta een visboer met zijn ezel had gered van verdrinking in zee, toen hij zijn mandjes vol vis vulde om dit in de dorpjes van de vallei te gaan verkopen. Toen hij later het dorpje bezocht zag hij de kerkpoort openstaan en trof hij het beeldje aan dat de gelaatstrekken had van zijn redster, met zand aan de voeten.
Wandelen maar…
Niveau: gemakkelijk
Tijd: 3 uur heen en terug - 9 km
Van het hotel de los Castaños, de Avenida Rey Fernando VII op, aan het eind rechts het dorpje in richting kerk. Op het pleintje vóór de kerk, met de kerk in je rug, volg je het weggetje (gele brievenbus) links naar beneden tot een splitsing, daar ga je rechts en blijf je de weg volgen tot je aan het eind van het dorpje komt.
Links bij de fontein is een weg met een houten paneeltje ‘Parauta´. De weg daalt nu ca. 30 minuten tussen de olijfbomen en kastanjelaars, richting vallei waar je een klein riviertje zal oversteken. Hierna stijg je weer en kom je al snel een oude molen tegen en een tweede riviertje waar je over moet. Bijzonder is de verandering van landschap in een grasvlakte. Nu ga je gewoon door tot een splitsing en daar ga je rechts; er is een aanduiding.
Wil je meteen een tapa en/of een drankje, neem dan de Calle Salvador, en aan het pleintje rechts in de straat is er de ‘El Anafe bar’. Proost! Houd nog energie over voor de terugtocht!