Vaqueros, cowboys in het ruige Andalusië
22 Februari 2019De “vaqueros” zijn de laatste cowboys in Europa, het zijn ruige mannen die in het uitgestrekte Andalusië wilde paarden en stieren in toom houden. In het westen van het prachtige Andalusië liggen talrijke authentieke en prachtige domeinen. Net als eeuwen geleden zwerven nog altijd, over deze grote Andalusische landdomeinen van honderden hectare, grote kuddes wilde stieren en paarden.
Loslopende wilde paarden en stieren hebben echte cowboys nodig. Cowboys zijn bijna uitgestorven in Europa, maar in het westelijk deel van het ruige Andalusië houden Spaanse vaqueros duizenden wilde paarden en stieren in de gaten. Deze stoere mannen leven bijna het hele jaar in de “campo” en dit vooral op hun paard, ze gaan maar twee keer per jaar naar de stad. Met Kerstmis en met Pasen, omdat dit juist de twee belangrijkste periodes zijn in Andalusië, wanneer iedereen bij de familie wil zijn.
Ganaderías, waar wilde stieren en paarden thuis zijn
In het mooie en ruige landschap van de provincies Sevilla, Cádiz en Huelva liggen talrijke boerderijen, ganaderías genaamd. In deze ganaderías worden wilde stieren en paarden gefokt. Deze dieren kunnen vrij rondlopen over enorm uitgestrekte bossen en weiden.
Misschien heb je, wanneer je een adembenemende rondrit maakte in Andalusië, de imposante stieren tussen de kurkeiken al zien grazen. Deze dieren lijken misschien een beetje mak, maar niets is minder waar en daar kunnen de vaqueros over meepraten. De Spaanse cowboys patrouilleren op hun snelle, behendige paarden over het land. Ze begeven zich regelmatig tussen deze wilde dieren, om ze uiteen te drijven of in groepjes te verdelen. Jonge koeien worden bijvoorbeeld getest op hun zogenaamde tentaderos (temperament), om zo de vurigste er uit te pikken om er vechtstieren mee te kweken.
Om de wilde paarden en stieren te kunnen inenten en brandmerken, worden ze regelmatig gevangen genomen. Ze worden dan gescheiden van de kudde en in een soort ruimte (kist) gedreven. Hier wordt het dan gevaarlijker voor de stoere cowboy, want stieren worden zeer agressief als ze alleen staan.
De paardenmarkt van Almonte
In Almonte, een klein dorpje in de provincie Huelva, bevinden zich de vaqueros die alleen maar wilde paarden bijeendrijven en in de gaten moeten houden. Eind juni vindt hier de tradionele paardenmarkt plaats die voorafgegaan wordt door de Saca de las Yeguas, wat letterlijk wil zeggen “het ophalen van de paarden”. Op een zachte, vroege lenteochtend ergens in juni is iedereen in rep en roer, want de lang verwachte grote uittocht gaat eindelijk beginnen. Paarden zijn gezadeld, mannen hebben hun sjaal omgeknoopt en hun petten opgezet. Terreinwagens zijn volgestouwd met eten en drank. En zeker niet te vergeten: de manta estribera, de tradionele opgerolde deken, wordt aan de voorkant van het zadel bevestigd.
Wanneer de vaqueros de paarden gaan ophalen, zitten ze volledig onder het stof en heeft men zich opgesplitst in kleine groepjes. Ze slaan hun tenten op voor de nacht en bereiden zich voor op het avondmaal. Pannen en grote lappen vlees worden bovengehaald, hele Spaanse Ibérico hammen worden aangesneden en het kampvuur wordt aangemaakt. Hier in het park 20 km van Almonte worden hechte banden voor het leven gesmeed tussen broers en vrienden, vaders en zonen. Bij het ontwaken de volgende morgen worden de wilde paarden vakkundig bijeengedreven en naar een verzamelplek gedreven. Ongelooflijk maar waar, hier staan wel duizenden paarden!
Tijdens de route naar Almonte wordt halt gehouden in El Rocío om van de plaatselijke priester de zegen te mogen ontvangen. Op het einde van de zware, warme dag arriveert heel de kudde in het dorpje Almonte waar de vrouwen in talrijke rijen hun stoere helden ontvangen. De stoere mannen kunnen eindelijk een douche nemen om hun lichaam van het stof te ontdoen. Een uurtje later is het in de casetas, de feesttenten, tijd om heel de nacht de sevillanas te dansen en te feesten.
De paarden worden na een week weer teruggebracht naar de uitgestrekte bossen en vlakten, waar ze weer een jaar kunnen vertoeven onder de Spaanse Andalusische zon.
Wat een leven toch!