Wandelen in de bergen rond Benahavis
27 April 2019Type: circulair
Niveau: medium
Lengte: ca. 10,3km
Duur: ca. 3uur
Wikiloc: saskiam
Voor wie graag wandelt in de bergen in combinatie met lekker eten is Benahavis een niet te missen halte. Het bergdorpje heeft een unieke positie in een vallei van de Serrania de Ronda, op slechts een 7 km van de kust van Marbella en Estepona.
De in Ronda ontspringende rivieren, de Guadalmina, Guadalmansa en Guadaiza komen er samen en vloeien naar de Middellandse Zee. De bodem is rijk aan gesteente waaronder periodiet, marmer en graniet. De vegetatie is typisch voor deze bergstreken met o.a. dichte struiken, dennen, kastanje- en olijfbomen. Sporen van wilde everzwijnen zijn alom aanwezig maar de dieren zijn schuchter en je ziet ze bijna nooit. De voornaamste toegangsweg vanuit de kust zigzagt tussen de rotsen omhoog langs de Guadalmina rivier die een canyon in het rotsgebied heeft gevormd. Hier waagt de avontuurlijkere toerist zich graag doorheen al klimmend en zwemmend, vooral in de warme zomermaanden.
Achter een bocht, bijna geheel onverwacht, kom je bij een grote rotonde met fontein. Dit is het begin van de gemeente Benahavis. Qua uitzicht heeft Benahavis alle charmes van een typisch wit Andalusisch bergdorpje, met kronkelende straatjes, een kerkje en de ruïne van een Moorse burcht.
In tegenstelling echter tot vele andere dorpjes vallen hier noch kerk noch Moorse burcht op. Het accent ligt eerder op de natuur, de restaurantjes en ook op de piekfijn verzorgde faciliteiten, waaronder speeltuinen, een uitgebreid aanbod sportvelden en houten wandelpaden. Je kan er weleens een internationale voetbalploeg zien trainen.
Er is ook een hotelschool die wellicht heeft bijgedragen aan de reputatie van Benahavis als gastronomisch pareltje. Het barst er van de excellente restaurantjes met bekwame professionele kelners en waar koks in de kleinste keukentjes een heerlijk maaltijd bereiden.
Er zijn ook hier een daar wat kunstgallerijtjes waaronder de mooie gallerij van de Schotse metaal beeldhouwer David Marshall. Hij houdt van de regio en haalt zijn inspiratie uit de natuur om die om te zetten in decoratieve objecten, beelden en interieur ontwerpen die aan Dali doen denken.
Hij is niet de enige buitenlander die op deze plaats verliefd werd. Door de jaren heen hebben vooral veel Engelsen zich hier gevestigd. Toch behoudt het dorp zijn authentiek Spaans karakter zowel in aanzien als bevolking; hiervan getuigen de lokale luidruchtige bars die ́s ochtends vol lopen tijdens de typisch Spaanse ochtend pauze... en iedereen kent elkaar. Hopelijk slaagt Benahavis erin om dit te bewaren, want rondom het dorp schieten de bouwprojecten als paddestoelen uit de grond.
Om optimaal te genieten van de charme en de rust hoeft het dan ook niet veel uitleg dat buiten het vakantieseizoen de beste tijd is voor een bezoekje. Voor de smullers misschien niet in januari, want dan zijn vele restaurants gesloten.
Een duikje in de geschiedenis...
De naam Benahavis is Arabisch van oorprong, dat is zeker. Het ontstond tijdens de Arabische bezetting. De juiste achtergrond, daar zijn wat versies over. Ben zou kunnen komen van ‘zoon van’ en Havis zou kunnen verwijzen naar de naam van de heerser van het Montemayor kasteel. Het kan ook wel van Ben Habix komen, een familie die zich hier zou gevestigd hebben.
De hooggelegen ruïne van Montemayor was ooit een belangrijk verdedigingspunt waar veel gevechten plaats vonden. Montemayor was namelijk zeer strategisch, gezien de ligging tussen Málaga en Cádiz en het biedt uitzicht op meer dan 100km Spaanse kust en een gedeelte van Afrika. Toen de heerser Mohammed II ook de troon van Granada beklom in 1273, vroeg hij hulp aan Abu Yacub Yusuf van het Marokkaanse berber imperium, om deze 100km kustlijn te controleren door ook Marbella te bezetten.
Toen in 1485 Marbella in het bezit kwam van koning Ferdinand, werden ook de sleutels van de omliggende gebieden waaronder Benahavis aan hem overhandigd. De graaf van Cifuentes kreeg Benahavis als dankbetuiging voor zijn bijdrage in de overwinning op Granada.
De Arabieren die zich bekeerden tot het Christendom mochten blijven. Deze Spaanse moslims of moriscos bleven echter trouw aan hun godsdienst en na jarenlange spanningen en opstand werden ze hardhandiger aangepakt en zelfs verbannen uit Spanje.
De benamingen van dorpen en plaatsen bleven behouden evenals die van rivieren. Het Arabische ‘guad’ verwijst naar rivier. Guadalmina werd genoemd naar de naburige mijnen. Guadalmansa verwijst naar ‘almazara’ of olijfolie pers en Guadalaiza komt van de sultana Aixa, de politiek actieve moeder van de laatste Emir van Granada Boabdil, die alles in haar macht had gedaan om de stad te redden. Ook tijdens Napoleon zou Montemayor gediend hebben als schuilplaats voor het verzet.
Wandelen maar... weg beschrijving:
Er zijn een aantal wandelwegen mooi aangeduid, waaronder de Libellen route en de wandeling naar de ruïnes van Montemayor op een bergtop. Beide wandelingen nemen ongeveer anderhalf uur in beslag.
Het leuke aan de hier genoemde wandelroutes is dat ze elkaar deels omarmen in een langere wandeling waardoor we afwijken van aangeduide paden, dus opgelet. De wegen zijn doorgaans breed en makkelijk bewandelbaar.
We volgen zoals vermeld eerst de route van de Libélulas - deze begint links achter het voetbal terrein. Het is meteen genieten van de kabbelende rivier waarlangs dit pad loopt.
Na de eerste splitsing, links aanhouden richting dam om deze links te laten en rechtdoor te wandelen langs het meer, dan links afdalen en langs het meer blijven wat je automatisch komt over te steken. Aan de overkant van het meer slaan we rechts af (we wijken dus af nu van de Libélulas route), door de poort en blijven links omhoog wandelen op een brede aarden weg.
Aan een driesprong van paadjes gewoon rechtdoor en dan opgelet bij de T-splitsing; wij slaan links af ondanks dat er rechts een wandelaanduiding is. We stijgen lichtjes en slaan links af bij een V-splitsing, de losse dikke kasseien weg omhoog.
Op een volgende splitsing ook links doorlopen de berg met prachtige vergezichten op tot aan de antennemast. Die lopen we snel voorbij en dalen af links achter de vervallen finca, om dan meteen rechts langs de vallei (die zich op je linkerkant moet bevinden). Op de verderop gelegen V-rechtse weg oplopen, we klimmen nu weer wat en nemen een pauze om de omliggende natuur in ons op te nemen.
Boven aangekomen op een T, links afslaan en weer lichtjes dalend komen we langs een privaat domein. Recht vooruit kan je - als je goed kijkt - de Moorse ruïne op het bergtopje zien liggen. De aarden weg eindigt bij de ingangspoort van het privaat domein.
Nu is er de keuze om meteen links op de asfaltweg af te dalen tot in het dorp (langs een hotel en nieuwere urbanisatie) of nog een ommetje te maken rechtdoor naar het kasteeltje van Montemayor. Dit is een kleine aarden weg die heel nauw wordt en best wel stijl op het einde met diepe afgronden, je moet er een uurtje heen en weer extra voor rekenen. Hoe dan ook, na een flinke wandeling is het eens zo aangenaam om in het dorpje aan te komen, en wat een geluk, net op het middag uur wanneer alle restaurantjes open zijn!