Wijnen van Málaga opnieuw op weg naar wereldfaam
21 Oktober 2019De wijnen van Málaga, gerijpt onder de immer schijnende intense Mediterrane zon, hebben een indrukwekkende en eeuwenlange geschiedenis. Feniciërs, Grieken, Romeinen en de Moren bouwden achtereenvolgens op hun wijze aan een wereldwijde reputatie.
De opkomst
Het waren de Feniciërs die één van de bekendste druiven van de streek, Moscatel de Alejandria naar de provincie brachten. Een aromatische druif die nergens beter gedijt dan in Málaga. Ook de Romeinen hielden zich volop bezig met de wijnbouw. Acinipo, de naam van een voormalige Romeinse nederzetting vlakbij Ronda betekent letterlijk ‘wijnland’.
De komst van de Moren rond het jaar 700, betekende vanwege het verbod op het drinken van alcohol niet het einde van de wijncultuur, maar nieuw elan. In plaats van een verbod kozen de Moren voor een belasting op wijn. Tevens ontstond de grootschalige productie van rozijnen, die ook nu nog als delicatesse tot de allerbeste van de wereld behoren. Tijdens het waarschijnlijk eerste grote wijnconcours in de geschiedenis, georganiseerd in 1224 door de Franse Koning Filips II, kreeg wijn uit Málaga de eretitel ‘Kardinaal van de Wijnen’.
Tijdens de 18de en 19de eeuw beleefden de wijnen uit Málaga hun gouden glorie. De haven werd volop aangedaan door schepen en circa 1850 bestond een kwart van de economie uit wijnhandel. Vooral de stroperigere, donkere mierzoete wijnen waarbij bijvoorbeeld gebruik werd gemaakt van ´arrope´ (ingekookte druivenmost om het natuurlijk suikergehalte te verhogen) waren populair.
De zoete wijnen werden beschouwd als de beste van de wereld. Rusland was de grootste exportmarkt en ook aan het hof van de tsaren vond de wijn gretig aftrek. Catharina de Grote was zo’n liefhebster dat ze besloot geen importbelasting op de wijn de heffen. Maar ook bijvoorbeeld Engeland was een grote exportmarkt. Uit die tijd stamt de stoere titel ‘Mountain Wine’ (Bergwijn), die door enkele bodega’s weer in ere is hersteld.
Druifluis luidde einde succes in
De neergang van de wijnproductie startte in 1878 toen Málaga de twijfelachtige eer had de plaats te zijn van waaruit de druifluis haar verwoestende trektocht door Europa begon. De druifluis was meegekomen met Amerikaanse wijnstokken die zelf immuun waren. Deze minuscuul kleine beestjes vreten onder de grond de wortel van de druivenstok aan waardoor deze minder water en mineralen kan opnemen en kwetsbaar wordt voor schimmelinfecties. In 1891, dertien jaar na aankomst van de ziekte, waren er nog maar 7000 hectare wijngaard over van de oorspronkelijke 112.000. Ook deze laatsten waren geïnfecteerd. Málaga verloor bijna al haar wijnproductie en leidde een slapend bestaan tot diep in de twintigste eeuw.
Het mooie natuurpark ‘Montes de Málaga’, door de Malagueños liefkozend “de longen van Málaga” genoemd, bestond destijds louter uit wijngaarden. Nu staan er pijnbomen om de erosie van de grond tegen te gaan en is het een prachtig gebied om te wandelen en te fietsen. In de diverse venta’s is het genieten van de plaatselijke nog bestaande ‘bergwijn’. Overal zie je nog de fysieke resten van ‘lagares’. ‘Lagar’ betekent letterlijk wijnmakerij, ofwel plaats waar de druiven worden geperst en alle benodigde machinerieën worden opgeslagen. Ook in de naam van diverse finca’s leeft het begrip voort als zoete herinnering aan lang vervlogen tijden.
De weg omhoog is weer gevonden
Gelukkig zijn de wijnen uit de provincie op de weg terug! Met een ruimer aanbod dan ooit. Waar de provincie vooral bekend stond om zijn versterkte wijnen (waaraan alcohol is toegevoegd), zijn er nu ook volop stille wijnen die een maximaal alcoholpercentage mogen hebben van 15,5%. Aromatische droge witte wijnen, fluweelzachte rosé wijnen en robuuste rode wijnen. Zelfs de eerste twee bruisende wijnen gemaakt op de traditionele champagne manier hebben recent het daglicht gezien (Tartratos en Cloe).
Voor een sommelier is het geen enkele moeite meer om een meergangen diner - hoe ingewikkeld ook - te laten vergezellen van alleen maar wijnen uit de provincie. Er bestaan nu twee herkomstclassificaties voor de wijnen uit Málaga; Denominacion Origin Málaga en Denominacion Sierras de Málaga. De eerste voor de versterkte wijnen, de tweede voor de stille.
De hergeboorte van wijnen uit de provincie wordt het best geïllustreerd met het project van de flamboyante wereldburger en destijds voornaam lid van de jetset in Marbella, de Duitse prins Alfonso de Hohenlohe. Hij was het altijd hartgrondig oneens met de wijnkenners die meenden dat er in het zuiden van Spanje geen kwaliteitswijnen konden worden gemaakt en kocht daarom in de jaren negentig de prachtige Cortijo de las Monjas in de Serranía de Ronda.
Samen met een befaamde oenoloog (deskundige in wijn produceren) maakte hij met veel succes wijnen met een op de Bordeaux gelijkende stijl. Jonge ambitieuze wijnmakers uit binnen- en buitenland volgden zijn voorbeeld en brachten verlaten wijngaarden opnieuw tot leven omdat ze de potentie en de magie van het gebied inzagen. Zij maken nu wijnen op zoek naar het perfecte huwelijk tussen heden en verleden.
Respect voor de traditie gekoppeld aan moderne wijnbereidingstechnieken kenmerkt de huidige filosofie van veel wijnmakers. De ‘Consejo Regulador’, het regelgevend Instituut voor de wijnproductie in de regio staat het gebruik van een boeiende mix van in- en uitheemse druivensoorten toe. Moscatel en Pedro Ximenez zorgen voor droge en zoete witte wijnen die in de wereld hun vergelijk niet kennen.
Tintalla de Rota is een prachtige, krachtige rode inheemse druivensoort, Romé een lichtere, elegante variant. Petit Verdot, Syrah, Pinot Noir en Cabernet Sauvignon zijn voorbeelden van wereldberoemde uitheemse druivensoorten die het uitstekend doen en waar elegante en complexe rode wijnen van worden gemaakt. De provincie kent vijf verschillende productiegebieden: Axarquia, Montes de Málaga, Serranía de Ronda, Zona Norte (streek rond Mollina) en Manilva elk met een veelheid aan verschillende ´terroirs´ (bodems) en microklimaten. Een walhalla voor wijnmakers om een breed scala aan verschillende karaktervolle wijnen te produceren.
De wijnen uit deze provincie winnen weer aan prestige en erkenning vooral buiten de provincie. Ze zijn te vinden op de wijnkaarten van sterrenrestaurants (zoals de spectaculaire wijnen van bodega Bentomiz van het Nederlandse echtpaar Clara en Andre Verheij!) en winnen prijzen op grote wijnconcoursen.
Het leeuwendeel van de productie wordt echter geconsumeerd in het noorden van Spanje (grofweg boven Madrid) of in het buitenland. Deze wijnen verdienen meer aandacht vooral ook van mensen uit de streek zelf. De zoektocht naar wereldfaam begint immers altijd in de achtertuin. Wat is er immers mooier dan nippen aan een stuivend glas van de bodega om de hoek, in de wetenschap dat vroeger diezelfde wijn duizenden kilometers reisde om Catharina de Grote in haar koude paleis te verwarmen? Kardinaal van de Wijnen? Nou en of.